Ga naar hoofdinhoud

Vader vs. zoon

Marcel en Sam Remijn zijn vader en zoon. Ze delen niet alleen hun achternaam, maar ook hun werkgever. Marcel werkt als bedrijfsleider kliniek en CNO, Sam als verpleegkundige op de PAAZ. Twee heel verschillende perspectieven. Hoe zien ze elkaar eigenlijk? Tijd voor een luchtige strijd: vader vs. zoon!

Wie heeft de leukste verhalen van zijn werk?

Sam: “Ik denk dat ik deze wel mag pakken. Mijn werk is misschien niet altijd leuk, maar wel het meest interessant.”
Marcel: “Precies dat. Jouw werk nodigt niet altijd uit tot vrolijke verhalen, maar wel tot de meest indrukwekkende.”
Sam: “Ja, jouw vergaderingen leveren meestal niet zulke anekdotes op.”
Marcel: “Klopt. Toen ik vorig jaar meeliep op een afdeling, vertelde een patiënt waar hij van Yulius kwam. Ik zei: ‘Daar werkt mijn zoon!’ Bleek dat hij Sam nog kende – ‘die jongen met die gele hoodie!’”

Wie kent de meeste gangen en hoekjes van het ziekenhuis?

Sam: “Ik werk pas sinds februari in het Albert Schweitzer ziekenhuis, dus dat is makkelijk: mijn vader.”
Marcel: “Dat klopt wel. Ik kom overal: op de klinische afdelingen, de PAAZ, de poli’s, de SEH, het observatorium… noem maar op. Ik geef ook de rondleidingen voor nieuwe leden van de raad van toezicht en de raad van bestuur. Dan zeggen ze altijd: ‘Marcel kent het hele pand!’ Ik loop nog net niet met een stok omhoog door het ziekenhuis.”

Wie heeft de meeste energiemomentjes nodig om de dag door te komen?

Sam: “Ik drink geen koffie, maar soms wel Red Bull. En dan vooral onderweg naar mijn dienst of tijdens een nachtdienst. Dan heb ik weleens een extra energieboost nodig.”
Marcel: “Ik probeer bewust rustmomentjes in te bouwen. Soms korter vergaderen dan gepland, zodat iedereen even zijn hoofd leeg kan maken. Of ik loop expres buitenom van het W-gebouw naar het ziekenhuis. Dat stukje frisse lucht helpt me altijd herinneren dat er ook nog een wereld buiten is.”

Wie is het meest moe aan het einde van de dag?

Sam: “Dat hangt ervan af: lichamelijk moe of mentaal moe? Ik ben na mijn dienst vooral lichamelijk moe, terwijl mijn vader denk ik eerder mentaal moe is.”
Marcel: “Daar zit wat in. Mijn werk is niet fysiek zwaar, maar kan wel mentaal belastend zijn. Na een drukke dag ga ik graag sporten om ook lichamelijk moe te worden. Dat maakt mijn hoofd weer leeg.”

Marcel

Jouw werk nodigt niet altijd uit tot vrolijke verhalen, maar wel tot de meest indrukwekkende.

Sam

Als het gaat om gelijk krijgen? Dan vallen we allebei wel mee, denk ik.

Wie zou beter functioneren als de rollen een dag werden omgedraaid?

Sam: “Mijn vader. Hij heeft jarenlang aan het bed gestaan, ik heb nog nooit iets met management gedaan. Ik zou wat dat betreft meteen in het diepe worden gegooid.”
Marcel: “Ja, dat verpleegkundige werk verleer je niet. Ik werk af en toe nog weleens mee op een afdeling. Je begrijpt het werk pas echt als je een paar uur meedraait in plaats van er uren over te vergaderen. En eerlijk is eerlijk: ik vind het nog steeds hartstikke leuk om te doen.”

Wie van jullie is het meest koppig?

Sam: “Als het gaat om gelijk krijgen? Dan vallen we allebei wel mee, denk ik. We zijn het meestal vrij snel met elkaar eens.”
Marcel: “We lijken qua karakter best op elkaar. We maken het elkaar niet moeilijk. Al was dat in zijn puberjaren wel anders…”
Sam (lachend): “Ja, toen dacht ik waarschijnlijk: wie ben jij om iets van mij te vinden?”

Wie zou het meest overleven op een onbewoond eiland?

Sam: “Ik kies voor mezelf.”
Marcel: “Ik ook voor mezelf. Ik ga graag alleen op reis; de afgelopen jaren naar Noorwegen en Zweden. Daar trek ik wekenlang rond. Al hangt het er op een onbewoond eiland natuurlijk vanaf wat er te eten is op dat eiland.”
Sam: “Wij gingen vroeger kamperen, maar dat was wel luxer kamperen. Op een eiland draait het om survival skills. Wie een vuurtje kan maken, wint. Dus ja, ik denk dan toch echt mezelf.”
Marcel: “Dan staan we quitte. Ik heb altijd zo’n mes met vuursteen bij me op vakantie. Nog nooit hoeven gebruiken trouwens.”